Osoto-gari

< terug naar overzicht

Osoto-gari is een van de basisworpen in het judo. De Japanse judoka Yasuhiro Yamashita (olympisch kampioen in 1984) heeft deze worp tot zijn specialiteit ontwikkeld. Op deze pagina vind je een (vertaalde) tekst, geschreven door Yamashita, waarin hij vertelt over de rol van Osoto-gari in zijn judoloopbaan.

Verder staan op deze pagina links naar een drietal instructiefilmpjes, waarin Yamashita de worp tot in het kleinste detail uitlegt en demonstreert (Engels gesproken en ondertiteld). Als afsluiting is er ook nog een filmpje met wedstrijdfragmenten, waarin je kunt zien dat hij de worp ook met weerstand kon uitvoeren...


Tekst

O soto gari, een persoonlijke blik (door Yasuhiro Yamashita)

O soto gari was de eerste techniek die ik heb geleerd om de middelbare school, toen, in Kyushu. Het was op dat moment de sterkste school in Japan (negen jaar lang is het topteam ongeslagen geweest). Ik kwam uit voor deze school, vanaf mijn twaalfde, omdat ik had laten zien dat ik talent had. Gedurende mijn tijd op de basisschool gebruikte ik een paar technieken, o uchi gari, tai otoshi en misschien wel een beetje o soto gari. Alles aan de rechterzijde. Mijn nieuwe trainer op de middelbare school, Reisuke Shiraishi, zei dat als ik wereldkampioen wilde worden, ik mijn rechter pakking in een linker pakking moest veranderen. De reden daarvan was dat judoka's over het algemeen meer moeite hebben met een linkshandige judoka. De eerste worp die hij mij leerde was o soto gari. Er waren verschillende redenen voor. Een van de redenen lag in mijn postuur. Ondanks dat ik slechts twaalf jaar was woog ik 90kg en was 175cm lang. Slechts 5 centimeter onder mijn uiteindelijke lengte. Ik was daarmee de zwaarste en grootste judoka van mijn school. O soto gari leek een heldere keus.

Shiraishi-Sensei had een vooruitziende blik, niet alleen mijn kumikata van rechts naar links te veranderen, maar ook om mij o soto gari aan te leren. Het was een makkelijke keuze geweest om mij met een hoge grip in de nek te laten judoën, ik had tenslotte de lengte ervoor, maar hij stond erop dat ik een basis grip pakte aan de kraag. Dit is uiteraard aanzienlijk moeilijker. Zijn reden hiervoor was dat als ik verder zou komen in het judo, ik in Japan kleinere en lichtere tegenstanders zou treffen. Echter in het buitenland zijn de judoka's langer en zwaarder. Ik moest mij dus bekwamen in het judo van een midden gewicht judoka. Ik moest leren om mijn tegenstanders te werpen op basis van techniek en vaardigheid, in plaats van kracht en massa!

Gedurende 3 tot 4 maanden heb ik alleen maar o soto gari getraind. Hij stond erop dat ik mij alleen maar concentreerde op het breken van de balans van mijn tegenstander, in plaats van het gebruik maken van kracht en massa. Ik moest extra uchi komi doen, met name uchikomi vanuit beweging. Timing, zei Shiraihi-Sensei, was cruciaal. Ik dacht dat het mij ongeveer twee (!) jaar heeft gekost om te wennen aan de nieuwe pakking en o soto gari te leren. Ik voelde mij echter nog niet geheel thuis met deze verandering.

Ik ging in mei, juni naar de middelbare school, een maand na mijn dertiende verjaardag deed ik mee aan een Dan-graden toernooi. Ik won al mijn drie partijen. Ik gebruikte in iedere wedstrijd o soto gari. In de eerste wedstrijd maakte ik met een o soto gari, een vol punt. In de tweede wedstrijd maakte ik met o soto gari een waza ari en volgde met een houdgreep. De derde wedstrijd won ik met twee keer waza ari, door middel van o soto gari. Shirashi-Sensei legde de rest van zijn plan, met mij, uit. Ik moest o soto gari verder ontwikkelen en daarna o uchi gari, omdat deze twee technieken goed in elkaars verlengde liggen. Hierbij moest ik dan sasae tsurikomi ashi ontwikkelen, omdat deze techniek eveneens goed past bij o soto gari. Uiteindelijk moest uchi mata worden ontwikkeld!

Terwijl ik geleidelijk deze technieken toevoegde aan mij repertoire, instrueerde hij mij om nooit harai goshi te gebruiken, omdat dat een techniek is voor langere smallere judoka's. En hij zei dat ik in het buitenland weinig kleinere judoka's zou treffen. Ik wist niet hoe hij kon weten dat ik op internationaal niveau zou gaan judoën. Ik was immers dertien jaar oud en je kunt nooit weten of iemand, hoe talentvol ook, dat niveau daadwerkelijk gaat halen.

Ik denk dat hij gewoon intuïtief aanvoelde dat het goed zou komen. Hij heeft mijn lichaam en judo zo gevormd. Ik voelde dat wij een bijzondere band hadden. Hij hoefde maar 1 ding te zeggen en ik begreep er 3 of 4! Toen ik in het tweede jaar zat, voelde ik dat ik o soto gari vanuit beweging in uchikomi had geperfectioneerd. Ik begon met o uchi gari en sasae tsurikomi ashi. Vlak na mijn veertiende verjaardag, terwijl ik nog in de tweede klas zat, kon ik mijn vorderingen meten in een eerste echt grote wedstrijd. De All Japan Junior competition. Ik was de eerste judoka die uit moest komen, voor mijn team en ik won al mijn partijen met o soto gari. 5 x ippon een keer met waza ari, gevolgd door een houdgreep. Mijn team won het toernooi.

Mijn technische vermogen verbreedde zich verder op de hoge school, daarna nam het vaste vormen aan op de Tokai universiteit. Ik ervoer dat o soto gari, mijn hoofdtechniek een centrale worp was in mijn hele judo! Het was geen soepele gestage groei, zonder tegenslagen. In mijn dagen op de hoge school en op de universiteit bleef ik maar aanvallen en aanvallen met o soto gari. Soms werd ik overgenomen, dat stimuleerde mij alleen nog maar meer om deze tegenstander nog vaker aan te vallen met o soto gari.

Ik schakelde niet over op een andere techniek om deze tegenstander te bestrijden, echter ging op zoek naar een nog beter moment, nog betere balansverstoring, nog verfijndere techniek. Op mijn 17de (!) deed ik voor het eerst mee aan de All Japan Open. In de kwart finale trof ik Hirowake Ishikak, de team captain van de Chuo universiteit. Het was een jongetje tegen een man! Maar alle studie en trainingstijd voor o soto gari betaalde zich uit en ik won met een ippon, met o soto gari. In de finale was ik nog niet opgewassen tegen de kracht van titelhouder Haruki Uemura. Hij won met een yugo, nota bene met een o soto gari! Hij werd voor de tweede maal kampioen.

Het jaar daarop, had ik mijn eerste ervaring op een toernooi in het westen. Ik reisde met het Japanse nationale team naar het toernooi de Paris, in januari 1976. Ik won, in de finale versloeg ik de rus Givki Onasvili. Na dit evenement nam hij meteen afscheid van het judo. Dit toernooi had enige memorabele momenten in de voorronde. Ik had eerst Jean-Pierre Tripet met o soto gari verslagen, daarna Peter Adelaar (de boomlange Nederlander). Daarna trof ik de Australier Wallace. Ik begon met een koka met o uchi gari, daarna viel ik aan met o soto gari. Ik voelde dat het moment niet goed was en op het moment dat ik uitstapte veegde hij mij met een okuri ashi barai. De hoofdscheidsrechter gaf een ippon. Beide hoekscheidsrechters gaven waza ari. Daarna won ik de wedstrijd met een houdgreep.

Het was op het randje. Het leerde me om waakzaam te zijn op het moment dat de techniek niet lukt! Ondanks dat ik niet naar de Olympische Spelen in Montreal ging, vergeet ik nooit meer de finale tussen Sergey Novikov (Sovjet Unie) en Gunther Neureuther (West Duisland). Novikov wierp Neureuther met een o soto gari, die mijn liefde voor deze worp bevestigde. Het was niet een echt superieure aanval, maar de kracht die het oermens Novikov liet zien was enorm. Ik herinner mij, dat als Neureuther geen judoka was geweest, hij deze worp niet had overleefd! Het jaar daarop, op mijn negentiende won ik voor het eerst the All Japan Championship. In de eerste en de vierde ronde met o soto gari. In 1978 won ik het toernooi ook. Chonuske Takagi had in 1973 het wereldkampioenschap zwaargewicht gewonnen, een zeer ervaren judoka. Hij was ook een o soto gari specialist. In een zwaarbevochten finale wierp ik hem met o soto gari, ippon.

De negen (!) daarop volgende jaren, tot aan het einde van mijn judocarrière, in 1985, o soto gari gaf mij constant de mogelijkheid wedstrijden te winnen. In de veelvuldige ontmoetingen met Jean-Luc Rouge (Frankrijk) een van mijn sterkste buitenlandse tegenstanders, bleek o soto gari altijd mijn sterkste wapen. In 1979 tijdens het wereldkampioenschap in Parijs, wierp ik hem met een waza ari en yuko met o soto gari.

Mijn beste o soto gari was, denk ik, in de halve finale van de All Japan Championship in 1983 toen ik Takao Fujiwara wierp. In mijn hoofd had ik een ideaal beeld van de perfecte o soto gari. De voorbereiding, balansverstoring waren perfect. De worp was zowel qua gevoel, als om te zien perfect! Uemara was niet de enige man die mij heeft geworpen met o soto gari. Toen ik in mijn tweede jaar op de hoge school zat, Kazuhiro Ninomiya, een van de grootste o soto gari specialisten van de jaren 70, hij was olympisch kampioen in 1972, wierp mij met o soto gari en in mijn voorlaatste competitie jaar, op de Olympische Spelen in Los Angeles, Laurent Colombo scoorde een koka met o soto gari. Ik had mijn rechter been geblesseerd en ik was niet in staat om op tijd mijn been weg te halen toen hij inkwam met o soto gari. Ik schrok hiervan maar gelukkig wierp ik hem met o uchi gari, gevolgd door yoko shiho gatame.

Ondanks dat o soto gari mijn tokui-waza (favoriete techniek) was, was het niet mijn meest succesvolle wedstrijdtechniek. Alle wedstrijden die ik staande won was 35% met uchi mata. Gevolgd door 30% o soto gari. De rest was met o uchi gari en een aantal diverse andere technieken.

Dit in contrast met de trainingen. In de trainingen gebruikte ik 40% o soto gari. 30% uchi mata gevolgd door o uchi gari en sasae tsurikomi ashi. Een van de redenen daarvan was dat naar mate de jaren vorderde mijn tegenstanders alles deden om o soto gari te ontwijken. Dit gaf direct meer ruimte voor uchi mata en o uchi gari. Ik vertrouwde mijn o soto gari meer dan welke techniek dan ook, ik weet niet echt waarom juist deze techniek. Ergens vond ik altijd wel een reden om o soto gari voorrang te geven boven uchi mata of o uchi gari. Met een krachtige o soto gari, werp je 100% gevoel, emotie en overtuiging een tegenstander plat, achterover, op zijn rug!

Ik heb ook altijd genoten van het risico van de aanval met o soto gari. Er zijn weinig worpen zo dramatisch en krachtig als o soto gari. Het kan ook erg fout gaan, resulterend in een 100% overname. Maar voor mij is dit de schoonheid van judo!


Filmpjes

^ terug naar boven

Teller:
bekijk statistieken